20 september 2012

Nieuw advies van het SCCS voor allergene parfumstoffen

LYRAL
Huidallergie veroorzaakt door geurstoffen is een regelmatig voorkomend probleem. De cosmetica-industrie is zich hiervan bewust en verbetert voortdurend de formulaties van haar producten waarbij zij verplichte (kwaliteits)standaarden voor het gebruik van deze stoffen hanteert.

Sinds 2005 verplicht de EU-wetgeving fabrikanten van cosmetica de 26 allergene parfumstoffen (p9-10) op het product te vermelden in de ingrediëntenlijst (INCI) om de consument nog beter te informeren.
 
Volgens een wetenschappelijk advies is de lijst van deze parfumstoffen zopas uitgebreid met 30 nieuwe stoffen en 26 natuurlijke extracten (etherische oliën - p46-48 & p54-56). Ook stoffen die in principe weinig irriterend zijn maar in samenstellingen toch een allergene werking krijgen, werden in de lijst opgenomen (p118). Daar 1-3% Europeanen allergisch reageren op parfum, zijn nieuwe grenswaarden voor de gebruiksconcentratie opgesteld om het risico op huidallergie nog te verkleinen. De beoordeling van het SCCS houdt eveneens rekening met een rapport van IFRA (International Fragrance Association) i.v.m. gegevens over parfumstoffen getest op dieren (p59-61).

Het SCCS (Scientific Committee on Consumer Safety) publiceerde de volledige update van haar beoordeling over allergene parfumstoffen 26-27 juni 2012 op de site van de Europese Gemeenschap.
 
HICC (Hydroxyisohexyl 3-cyclohexene carboxaldehyde of Hydroxymethylpentyl-cyclohexenecarboxaldehyde), een parfumstof gebruikt in cosmetica en huishoudelijke detergenten & reinigingsproducten, is de meest gerapporteerde chemische stof die een parfumallergie heeft veroorzaakt sinds de opinie in 1999 over parfumallergie door het SCCS. Meer dan 1500 'cases' werden gepubliceerd in wetenschappelijke literatuur. Daarom publiceerde het SCCS op 27 juli ll. nog een extra beoordeling over HICC (Lyral: een bloemige geur van lelie en cyclaam).
 
25 Allergene Parfumstoffen
 

28 augustus 2012

Wetenschappers ontdekken de ware kracht van fruitzuren

Wetenschappers hebben ontdekt hoe het belangrijkste ingedriënt in anti-aging cosmetica werkt dat kan leiden tot een betere chemische peeling en het verminderen van rimpels en fijne lijntjes.

Alfahydroxyzuren (AHA's), die ook bekend zijn als fruitzuren, zijn een groep van zwakke organische zuren doorgaans afkomstig van natuurlijke bronnen zoals rietsuiker, zure melk, appels, aardbeien en citrusvruchten. Zij hebben gemeenschappelijk dat zich in hun molecule een alcoholgroep (hydroxy-groep) en een zuurgroep bevindt.
Niettegenstaande ze al sinds de oudheid worden toegepast als cosmetisch middel om dode huidcellen te verwijderen met als resultaat een mooie en gladdere huid, is het steeds een mysterie gebleven hoe ze de huid doen vernieuwen.

Onderzoekers aan Davis, Universiteit van Californië en de Universiteit van Peking hebben het mechanisme ontdekt dat verklaart hoe AHA's werken. De bevindingen, gepubliceerd in het 'Journal of Biological Chemistry', zullen niet alleen de cosmetische industrie kunnen beïnvloeden maar ook medisch bij bv. huidziekten en pijn kunnen toegepast worden.

De reactie op celniveau die het onderzoeksteam bestudeerde, focust zich op een ionkanaal -gekend als tijdelijk receptorpotentieel Vanilloid 3 (TRPV3)- gelegen in het celmembraan van keratinocyten, het belangrijkste celtype in de buitenste huidlaag of hoornlaag. Andere studies hebben aangetoond dat dit kanaal een belangrijke rol speelt in de normale fysiologie en temperatuurgevoeligheid van de huid.

In een reeks experimenten die zich bezighouden met de opname van elektronenstromen doorheen celculturen die blootgesteld werden aan AHA's, beschreven de onderzoekers hoe glycolzuur (het kleinste en biologisch meest beschikbare AHA) de keratinocyten binnendringt en vrije protonen genereert door zure omstandigheden in de cel te creëren.

De lage pH activeert zeer sterk het TRPV3-ionkanaal, opent het en laat calciumionen toe in de cel te stromen. Omdat meer protonen door het open TRPV3-kanaal kunnen binnendringen, voedt het proces zichzelf. Het zo ontstane calciumionenoverschot in de cel leidt tot celdood en het exfoliëren van de huid.

"Onze experimenten zijn de eerste die aantonen dat het TRPV3-ionkanaal waarschijnlijk het doelwit is van de meest doeltreffende huidverbeteraar in de cosmetische industrie," vertelt Jie Zheng, één van de onderzoekers en professor Fysiologie en Membraanbiologie aan het UC Davis.
"Hoewel AHA's al jaren gebruikt worden, begreep niemand tot nu toe hun mogelijke werkingsmechanisme."

De TRPV3-receptor wordt in huidcellen en verschillende zones van het zenuwstelsel teruggevonden en is gevoelig voor de zuurgraad en temperatuur. De onderzoekers veronderstellen dat dit kanaal nog een aantal andere fysiologische functies, waaronder pijncontrole, heeft.

In de studie geleid door Xu Cao, gaststudent van de 'Peking University Health Science Center', staat het onderzoek naar het TRPV3-kanaal centraal. Recent heeft hij samen met zijn team in China, bijgedragen aan de ontdekking dat een TRPV3-mutatie leidt tot het Olmsted-syndroom, een zeldzame aangeboren aandoening gepaard gaand met hevige jeuk en een branderig gevoel in de handpalmen en voetzolen.
Tijdens zijn gastverblijf aan de afdeling Fysiologie en Membraanbiologie van het UC Davis ontdekt Cao dat AHA's ook het TRPV3-kanaal gebruiken.

"Calciumkanalen worden steeds meer erkend om hun vitale functies in de huidfysiologie," zegt Cao. "TRPV3 is niet alleen een belangrijk potentieel doelwit voor de cosmetische industrie maar ook voor het behandelen van huidziekten en pijn."
 
Dit nieuwe onderzoek ondersteunt het argument dat de alfahydroxyzuren een doeltreffend en fantastisch wapen zijn tegen huidveroudering. Ze werken niet van de ene dag op de andere maar geven een veelbelovend resultaat na verloop van tijd. Producenten voegen ze dan ook graag toe aan zoveel mogelijk verzorgingsproducten om kopers te lokken.

Hou als consument zeker rekening met volgende puntjes bij uw productkeuze:
  1. Hydroxyzuren: niet nodig in ieder verzorgingsproduct.
    De beste keuze is een exfoliant en een vochtinbrengende crème met AHA's. In een fond de teint, cleanser of oogcrème hoeven geen fruitzuren te zitten.
    Let wel: te veel producten met AHA's samen gebruiken, kan leiden tot huidirritatie. Het is verstandig om de huid voor te bereiden en de concentratie langzaam op te bouwen.
  2. Geen cleansers of zonnecrèmes met fruitzuren.
    AHA's moeten geabsorbeerd worden door de huid om efficiënt te zijn. Reinigende producten worden afgespoeld en blijven niet op de huid zitten waardoor ze dus niet voldoende kunnen geabsorbeerd worden. De pH of zuurgraad van zonnecrèmes is momenteel niet stabiel genoeg om de functie van AHA's te ondersteunen.
  3. Voorwaarden: juiste concentratie en zuurgraad.
    Het is niet verplicht om de concentratie van ingrediënten bekend te maken. Toch is het mogelijk om in te schatten of het product van uw keuze voldoende alfahydroxyzuren bevat. De optimale concentratie AHA's is 5 tot 8% en een pH van 3 tot 4. Producten waarbij de alfahydroxyzuren (glycolic acid, tartaric acid, malic acid, lactic acid, ...) in het eerste 1/3 deel van de ingrediëntenlijst opgelijst staan, voldoen wellicht aan de eerste voorwaarde. Jammer genoeg kan de zuurgraad enkel bepaald worden met een pH-meter of een pH-meetstripje. Uw favoriete parfumerie of schoonheidsspecialiste zou ook deze informatie moeten kunnen geven.
  4. Wees voorzichtig !
    Producten met AHA's verhogen de gevoeligheid van de huid voor UV-stralen waardoor het risico op huidverbranding ook sterk verhoogt. Een goede zonnecrème met SPF 15-20 of hoger en zonbeschermende kledij zijn dus noodzakelijk ! Smeer als je in de zon zit om de 2 uur en vooral voldoende dik.

n.v.d.r.:
AHA = Alpha Hydroxy Acid = Alfahydroxyzuur
SPF = Sun Protection Factor = zonbeschermingsfactor
pH = zuurgraad
UV = Ultraviolet
TRPV3 = Tijdelijk Receptorpotentieel Vanilloid 3

Bron: Universiteit van California, Davis

10 juni 2012

Stamcelspray regenereert de huid

Tweedegraadsbrandwonden zijn pijnlijk en moeilijk te genezen. Een onderzoeksteam aan het 'McGowan Institute for Regenerative Medicine' belooft hierin verandering te brengen.

De 'Skin Gun' of huidpistool ontwikkeld door Jörg C. Gerlach, MD, PhD en professor aan het 'Department of Surgery' van de Universiteit van Pittsburgh, gebruikt de lichaamseigen stamcellen van de patiënt om de verbrande huid mee te behandelen en genezen.
"Wat we doen is: stamcellen nemen van gezonde huid van de patiënt, ze isoleren en in een waterige oplossing brengen en dan nog diezelfde dag en tijdens dezelfde procedure terug op de wonde aanbrengen. De progenitorcellen kunnen onmiddellijk werken want het zijn immers de eigen cellen van de patiënt. We moeten er alleen voor zorgen dat deze netjes over de wonde worden verdeeld. De procedure duurt slechts 1u30: de biopsie nemen, cellen isoleren en vernevelen over de beschadigde huid." MD, PhD Jörg Gerlach
Na bereiding van een waterige oplossing met deze stamcellen, wordt er een injectiespuit mee gevuld en met behulp van de 'Skin Gun' gelijkmatig verneveld over de brandwonde. Vervolgens wordt de wonde bedekt met een kompres doordrenkt met glucose, suiker, aminozuren, antibiotica en elektrolyten om het beschadigde weefsel voldoende voeding te geven en de wonde zuiver te houden zodat de stamcellen hun werk kunnen doen.

Toch heeft een voorlopig stamcelspray-prototype reeds verschillende patiënten succesvol kunnen helpen. De reden waarom de technologie nog niet beschikbaar is op de markt, is omdat het eerst nog verschillende testfasen moet doorlopen. Momenteel is de test nog steeds in fase I en zullen er nog ± 4 jaar nodig zijn om alle fasen te doorlopen. In samenwerking met een Berlijnse firma wordt er nu een pneumatisch elektronisch computer gestuurd apparaat ontwikkeld dat de cellen niet beschadigt tijdens het vernevelen.

De methode is ook reeds toegepast op andere huidletsels.
Gerlach: 
"Het spijt me te moeten zeggen dat ons werk enkel verband houdt met acute en tweedegraadsbrandwonden. We hebben geen behandelingen voor letsels uit het verleden. De technologie is niet mogelijk voor littekens of andere aandoeningen zoals vitiligo, vasculaire aandoeningen, haarverlies of acne. Ik ben ook niet op de hoogte van groepen die wel een oplossing voor deze problemen kunnen geven."

Tenslotte nog een rechtzetting door Jörg Gerlach zelf met betrekking tot de video die op de site van National Geographic te zien is: 
"Het is belangrijk te vermelden dat er een misleidende verklaring is in de video. Het was de patiënt ná één jaar die getoond werd. Zijn chirurg vertelde hem dat de wond genezen was, maar dit betekende 'een droge wond', zonder dat een verband nog nodig was. Natuurlijk zag de huid er na 4 dagen nog steeds uit als een wonde tijdens het genezingsproces. Slechts na verloop van tijd werd de huid terug als vóór de wonde. Gedurende verschillende maanden was er een verkleuring, wat wil zeggen dat pigmentcellen meer tijd nodig hebben dan keratinocyten om te regenereren. Maar dit is een positief teken dat er nood is aan zo'n therapie omdat pigmentcellen dieper in de huid liggen."

22 januari 2012

Alle Cosmetische Producten in EU verzameld in CPNP-database


EU_Cosmetica-rechtskader

Op 13 januari 2012 heeft het Directoraat-Generaal voor Gezondheid en Consumenten van de Europese Commissie (DG SANCO) het nieuwe portaal voor cosmetische producten aangekondigd op haar website: het CPNP ofwel het Cosmetisch Producten Notificatie Portaal.

Deze online database is bedoeld voor de cosmetische industrie om informatie in te dienen over de producten die ze op de markt brengt. Deze informatie is van cruciaal belang voor de Europese antigifcentra om snel een juiste medische behandelling op te kunnen starten in geval van vergiftiging, maar ook voor de nationale autoriteiten van de EU-lidstaten om beter toezicht te kunnen houden op de markt, marktanalyses en -evaluaties uit te voeren en de consumenten in te lichten.
De database is voor het eerst ter beschikking gesteld op 12 januari 2012 voor de bevoegde instanties, de Europese antigifcentra en de verantwoordelijken voor het op de markt brengen van cosmetische producten. Vanaf 11 juli 2013 zal ze toegankelijk zijn voor de distributeurs.

Het CPNP is het resultaat van 2 jaar intensieve samenwerking tussen de Commissie, de nationaal bevoegde instanties, de antigifcentra en de industrie. Het introduceert een eenvoudig communicatieplatform voor de cosmetische industrie om informatie in te geven over de producten die ze op de markt brengt en is beschikbaar in alle officiële EU-talen.

Deze nieuwe Cosmetische Regelgeving werd goedgekeurd in 2009 en is sinds kort in de uitvoeringsfase. Ze vervangt de huidige cosmeticarichtlijnen en zal volledig toepasbaar zijn en verplicht worden vanaf 13 juli 2013.

Wat het ingeven in het CPNP van cosmetische producten waarin nanogrondstoffen zijn verwerkt, betreft: hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de nieuwe producten en degene die reeds op de markt zijn. Producten die reeds op de markt zijn, moeten ingediend zijn 11 januari 2013 en niet later dan 11 juli 2013. Nieuwe producten: 6 maand vóór het op de markt brengen.

De nieuwe richtlijn vertegenwoordigt een robuust en technisch hoogstaand rechtskader dat de veiligheid en traceerbaarheid van cosmetische producten in EU versterkt, het kader stroomlijnt voor alle betrokken partijen en de procedures vereenvoudigt waardoor een echte interne markt van cosmetische producten wordt gecreëerd.

Bronnen:
DG SANCO, CPNP-aankondiging, CPNP-handleiding, NIA en de Europese Commissie Consumentenzaken.