Posts tonen met het label Cosmetica Ingrediënten. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Cosmetica Ingrediënten. Alle posts tonen

20 september 2012

Nieuw advies van het SCCS voor allergene parfumstoffen

LYRAL
Huidallergie veroorzaakt door geurstoffen is een regelmatig voorkomend probleem. De cosmetica-industrie is zich hiervan bewust en verbetert voortdurend de formulaties van haar producten waarbij zij verplichte (kwaliteits)standaarden voor het gebruik van deze stoffen hanteert.

Sinds 2005 verplicht de EU-wetgeving fabrikanten van cosmetica de 26 allergene parfumstoffen (p9-10) op het product te vermelden in de ingrediëntenlijst (INCI) om de consument nog beter te informeren.
 
Volgens een wetenschappelijk advies is de lijst van deze parfumstoffen zopas uitgebreid met 30 nieuwe stoffen en 26 natuurlijke extracten (etherische oliën - p46-48 & p54-56). Ook stoffen die in principe weinig irriterend zijn maar in samenstellingen toch een allergene werking krijgen, werden in de lijst opgenomen (p118). Daar 1-3% Europeanen allergisch reageren op parfum, zijn nieuwe grenswaarden voor de gebruiksconcentratie opgesteld om het risico op huidallergie nog te verkleinen. De beoordeling van het SCCS houdt eveneens rekening met een rapport van IFRA (International Fragrance Association) i.v.m. gegevens over parfumstoffen getest op dieren (p59-61).

Het SCCS (Scientific Committee on Consumer Safety) publiceerde de volledige update van haar beoordeling over allergene parfumstoffen 26-27 juni 2012 op de site van de Europese Gemeenschap.
 
HICC (Hydroxyisohexyl 3-cyclohexene carboxaldehyde of Hydroxymethylpentyl-cyclohexenecarboxaldehyde), een parfumstof gebruikt in cosmetica en huishoudelijke detergenten & reinigingsproducten, is de meest gerapporteerde chemische stof die een parfumallergie heeft veroorzaakt sinds de opinie in 1999 over parfumallergie door het SCCS. Meer dan 1500 'cases' werden gepubliceerd in wetenschappelijke literatuur. Daarom publiceerde het SCCS op 27 juli ll. nog een extra beoordeling over HICC (Lyral: een bloemige geur van lelie en cyclaam).
 
25 Allergene Parfumstoffen
 

28 augustus 2012

Wetenschappers ontdekken de ware kracht van fruitzuren

Wetenschappers hebben ontdekt hoe het belangrijkste ingedriënt in anti-aging cosmetica werkt dat kan leiden tot een betere chemische peeling en het verminderen van rimpels en fijne lijntjes.

Alfahydroxyzuren (AHA's), die ook bekend zijn als fruitzuren, zijn een groep van zwakke organische zuren doorgaans afkomstig van natuurlijke bronnen zoals rietsuiker, zure melk, appels, aardbeien en citrusvruchten. Zij hebben gemeenschappelijk dat zich in hun molecule een alcoholgroep (hydroxy-groep) en een zuurgroep bevindt.
Niettegenstaande ze al sinds de oudheid worden toegepast als cosmetisch middel om dode huidcellen te verwijderen met als resultaat een mooie en gladdere huid, is het steeds een mysterie gebleven hoe ze de huid doen vernieuwen.

Onderzoekers aan Davis, Universiteit van Californië en de Universiteit van Peking hebben het mechanisme ontdekt dat verklaart hoe AHA's werken. De bevindingen, gepubliceerd in het 'Journal of Biological Chemistry', zullen niet alleen de cosmetische industrie kunnen beïnvloeden maar ook medisch bij bv. huidziekten en pijn kunnen toegepast worden.

De reactie op celniveau die het onderzoeksteam bestudeerde, focust zich op een ionkanaal -gekend als tijdelijk receptorpotentieel Vanilloid 3 (TRPV3)- gelegen in het celmembraan van keratinocyten, het belangrijkste celtype in de buitenste huidlaag of hoornlaag. Andere studies hebben aangetoond dat dit kanaal een belangrijke rol speelt in de normale fysiologie en temperatuurgevoeligheid van de huid.

In een reeks experimenten die zich bezighouden met de opname van elektronenstromen doorheen celculturen die blootgesteld werden aan AHA's, beschreven de onderzoekers hoe glycolzuur (het kleinste en biologisch meest beschikbare AHA) de keratinocyten binnendringt en vrije protonen genereert door zure omstandigheden in de cel te creëren.

De lage pH activeert zeer sterk het TRPV3-ionkanaal, opent het en laat calciumionen toe in de cel te stromen. Omdat meer protonen door het open TRPV3-kanaal kunnen binnendringen, voedt het proces zichzelf. Het zo ontstane calciumionenoverschot in de cel leidt tot celdood en het exfoliëren van de huid.

"Onze experimenten zijn de eerste die aantonen dat het TRPV3-ionkanaal waarschijnlijk het doelwit is van de meest doeltreffende huidverbeteraar in de cosmetische industrie," vertelt Jie Zheng, één van de onderzoekers en professor Fysiologie en Membraanbiologie aan het UC Davis.
"Hoewel AHA's al jaren gebruikt worden, begreep niemand tot nu toe hun mogelijke werkingsmechanisme."

De TRPV3-receptor wordt in huidcellen en verschillende zones van het zenuwstelsel teruggevonden en is gevoelig voor de zuurgraad en temperatuur. De onderzoekers veronderstellen dat dit kanaal nog een aantal andere fysiologische functies, waaronder pijncontrole, heeft.

In de studie geleid door Xu Cao, gaststudent van de 'Peking University Health Science Center', staat het onderzoek naar het TRPV3-kanaal centraal. Recent heeft hij samen met zijn team in China, bijgedragen aan de ontdekking dat een TRPV3-mutatie leidt tot het Olmsted-syndroom, een zeldzame aangeboren aandoening gepaard gaand met hevige jeuk en een branderig gevoel in de handpalmen en voetzolen.
Tijdens zijn gastverblijf aan de afdeling Fysiologie en Membraanbiologie van het UC Davis ontdekt Cao dat AHA's ook het TRPV3-kanaal gebruiken.

"Calciumkanalen worden steeds meer erkend om hun vitale functies in de huidfysiologie," zegt Cao. "TRPV3 is niet alleen een belangrijk potentieel doelwit voor de cosmetische industrie maar ook voor het behandelen van huidziekten en pijn."
 
Dit nieuwe onderzoek ondersteunt het argument dat de alfahydroxyzuren een doeltreffend en fantastisch wapen zijn tegen huidveroudering. Ze werken niet van de ene dag op de andere maar geven een veelbelovend resultaat na verloop van tijd. Producenten voegen ze dan ook graag toe aan zoveel mogelijk verzorgingsproducten om kopers te lokken.

Hou als consument zeker rekening met volgende puntjes bij uw productkeuze:
  1. Hydroxyzuren: niet nodig in ieder verzorgingsproduct.
    De beste keuze is een exfoliant en een vochtinbrengende crème met AHA's. In een fond de teint, cleanser of oogcrème hoeven geen fruitzuren te zitten.
    Let wel: te veel producten met AHA's samen gebruiken, kan leiden tot huidirritatie. Het is verstandig om de huid voor te bereiden en de concentratie langzaam op te bouwen.
  2. Geen cleansers of zonnecrèmes met fruitzuren.
    AHA's moeten geabsorbeerd worden door de huid om efficiënt te zijn. Reinigende producten worden afgespoeld en blijven niet op de huid zitten waardoor ze dus niet voldoende kunnen geabsorbeerd worden. De pH of zuurgraad van zonnecrèmes is momenteel niet stabiel genoeg om de functie van AHA's te ondersteunen.
  3. Voorwaarden: juiste concentratie en zuurgraad.
    Het is niet verplicht om de concentratie van ingrediënten bekend te maken. Toch is het mogelijk om in te schatten of het product van uw keuze voldoende alfahydroxyzuren bevat. De optimale concentratie AHA's is 5 tot 8% en een pH van 3 tot 4. Producten waarbij de alfahydroxyzuren (glycolic acid, tartaric acid, malic acid, lactic acid, ...) in het eerste 1/3 deel van de ingrediëntenlijst opgelijst staan, voldoen wellicht aan de eerste voorwaarde. Jammer genoeg kan de zuurgraad enkel bepaald worden met een pH-meter of een pH-meetstripje. Uw favoriete parfumerie of schoonheidsspecialiste zou ook deze informatie moeten kunnen geven.
  4. Wees voorzichtig !
    Producten met AHA's verhogen de gevoeligheid van de huid voor UV-stralen waardoor het risico op huidverbranding ook sterk verhoogt. Een goede zonnecrème met SPF 15-20 of hoger en zonbeschermende kledij zijn dus noodzakelijk ! Smeer als je in de zon zit om de 2 uur en vooral voldoende dik.

n.v.d.r.:
AHA = Alpha Hydroxy Acid = Alfahydroxyzuur
SPF = Sun Protection Factor = zonbeschermingsfactor
pH = zuurgraad
UV = Ultraviolet
TRPV3 = Tijdelijk Receptorpotentieel Vanilloid 3

Bron: Universiteit van California, Davis

22 januari 2012

Alle Cosmetische Producten in EU verzameld in CPNP-database


EU_Cosmetica-rechtskader

Op 13 januari 2012 heeft het Directoraat-Generaal voor Gezondheid en Consumenten van de Europese Commissie (DG SANCO) het nieuwe portaal voor cosmetische producten aangekondigd op haar website: het CPNP ofwel het Cosmetisch Producten Notificatie Portaal.

Deze online database is bedoeld voor de cosmetische industrie om informatie in te dienen over de producten die ze op de markt brengt. Deze informatie is van cruciaal belang voor de Europese antigifcentra om snel een juiste medische behandelling op te kunnen starten in geval van vergiftiging, maar ook voor de nationale autoriteiten van de EU-lidstaten om beter toezicht te kunnen houden op de markt, marktanalyses en -evaluaties uit te voeren en de consumenten in te lichten.
De database is voor het eerst ter beschikking gesteld op 12 januari 2012 voor de bevoegde instanties, de Europese antigifcentra en de verantwoordelijken voor het op de markt brengen van cosmetische producten. Vanaf 11 juli 2013 zal ze toegankelijk zijn voor de distributeurs.

Het CPNP is het resultaat van 2 jaar intensieve samenwerking tussen de Commissie, de nationaal bevoegde instanties, de antigifcentra en de industrie. Het introduceert een eenvoudig communicatieplatform voor de cosmetische industrie om informatie in te geven over de producten die ze op de markt brengt en is beschikbaar in alle officiële EU-talen.

Deze nieuwe Cosmetische Regelgeving werd goedgekeurd in 2009 en is sinds kort in de uitvoeringsfase. Ze vervangt de huidige cosmeticarichtlijnen en zal volledig toepasbaar zijn en verplicht worden vanaf 13 juli 2013.

Wat het ingeven in het CPNP van cosmetische producten waarin nanogrondstoffen zijn verwerkt, betreft: hierbij wordt een onderscheid gemaakt tussen de nieuwe producten en degene die reeds op de markt zijn. Producten die reeds op de markt zijn, moeten ingediend zijn 11 januari 2013 en niet later dan 11 juli 2013. Nieuwe producten: 6 maand vóór het op de markt brengen.

De nieuwe richtlijn vertegenwoordigt een robuust en technisch hoogstaand rechtskader dat de veiligheid en traceerbaarheid van cosmetische producten in EU versterkt, het kader stroomlijnt voor alle betrokken partijen en de procedures vereenvoudigt waardoor een echte interne markt van cosmetische producten wordt gecreëerd.

Bronnen:
DG SANCO, CPNP-aankondiging, CPNP-handleiding, NIA en de Europese Commissie Consumentenzaken.

14 november 2011

De toekomst van anti-aging huidverzorging



Anti-aging claims
De anti-aging trend is nog steeds "hot". Een gave huid moeten we immers verdienen door een juiste dagelijkse basisverzorging. En dit hebben we goed begrepen want vrouwen, en steeds meer mannen, smeren huidverzorgingsproducten al sinds er merken bestaan om de huid in optimale conditie te houden, te verbeteren en te verjongen. Hoe dan ook, nieuwe technologieën gebaseerd op het begrijpen van de huidstructuur hebben tot gevolg dat we dagelijks worden bestookt met een arsenaal nieuwe producten die het geheim van een eeuwige jeugd claimen, het ouderworden vertragen of zelfs omkeren.

Multinationals zoals Procter & Gamble, L'Oréal, Avon, Estée Lauder Groep en Shiseido domineren reeds lang de globale anti-aging cosmeticamarkt. Zij passen vaak ook als eerste de nieuwste technieken toe, zoals gentherapie, stamceltechnologie, fullerenen (bucky-ballen), sirtuïne, Epidarmale Groeifactoren en DNA, in hun anti-agingproducten waardoor deze steeds meer zichbare voordelen hebben.

Baanbrekende anti-aging technologieën

Door het menselijk genoom te ontcijferen en het complexe samenspel van genen en omgevingsfactoren beter te begrijpen, kreeg men steeds meer inzicht in hoe de huid functioneert. Deze nieuwe wetenschap, "omics" genaamd, geeft inzicht in wat er op celniveau in de huid gebeurt. Om nog dieper inzicht in de evolutie van de ouderwordende huid te krijgen, werd de genactiviteit van een jonge en oudere huid vergeleken. Hieruit kon men afleiden dat huidveroudering afhankelijk is van vele factoren wat dus betekent dat er verschillende technieken moeten gecombineerd worden om het verouderingsproces met bevredigend resultaat te beïnvloeden.

Recent is er ook de neuro-cosmetica, waarbij de huid behandeld wordt als een levend orgaan dat reageert op stress en emoties. Zo bevat het nieuwste product van Lancôme LR 2412, een unieke "multi-tasking" molecule op basis van jasmonzuur, dat even effectief zou zijn dan retinezuur maar dan zonder de courante neveneffecten ervan, wat wil zeggen dat het niet in de apotheek hoeft verkocht te worden en dus vrij verkrijgbaar is.

Stamceltechnologie, meestal gebaseerd op appelstamcellen, werd in het begin toegepast in premium huidverzorgingsgamma's, maar sinds enkele jaren wordt ze ook verwerkt in goedkopere producten en hiermee toegankelijk voor het grote publiek. Druivenstamcellen, op basis van Mibelle's biochemische technologie, kunnen soms ook gebruikt worden. Van het belangrijkste ingrediënt: PhytoCellTec Solar Vitis, wordt beweerd dat het beschermt tegen huidveroudering door de zon.

Het Japanse luxemerk SK-II zou dan weer het keerpunt van de huid ontdekt hebben. Dit is het punt waarop het uiterlijk van de huid, haar gladheid, kracht en uitstraling, gaat verminderen en de tekenen van het ouderworden meer zichtbaar worden. Onderzoekers aan de Fukui University en de Kyushu University in Japan ontwikkelde SK-II, "Wrinkle Specialist" dat het speciaal eigen ingrediënt "petira" bevat, afkomstig uit een vloeibaar gistfermentatie-extract waarvan wordt beweerd dat het het ouderworden bestrijdt en de natuurlijke huidglans verbetert.


De rol van natuurlijke actieven

Veel nieuwe anti-aging technologieën zijn gebaseerd op natuurlijke actieven wat het mogelijk maakt voor merken in te spelen op de hype rond alles wat 'bio', 'groen' en 'natuurlijk' is. Ieder merk dat zichzelf respecteert, heeft deze opvallende trend opgenomen in hun nieuwe formulaties om de consument te plezieren en hebben momenteel een 'groene lijn'.

Een andere categorie die aan belang wint in de anti-aging huidverzorging zijn de huidverhelderende verzorgingsproducten: "whitening", "lightening" of "brightening" gamma's, die een oplossing kunnen zijn voor een oneffen huidteint. Deze opwindende categorie trekt de aandacht van heel wat producenten die op zoek zijn naar natuurlijke actieven, als alternatief voor hydrochinon, om een ongelijkmatige teint, vlekjes en sproetjes doeltreffend te bestrijden. Natuurlijke actieven zoals bvb arbutine en kojinezuur werken volgens hetzelfde principe van hydrochinon, reeds verboden in Europese cosmetica, maar dan zonder de irriterende huidreacties. Een ander nieuw natuurlijk ingrediënt is lignine peroxidase, een technologie op basis van een boomschimmel om pigmentatie te verminderen.


De toekomst van anti-aging cosmetica

Glycomics
In 2003 duidde het Institute of Technology in Massassuchets "glycomics" aan als één van de 10 opkomende technolgieën die de wereld zou veranderen. Deze nieuwe technologie, gebaseerd op de glycobiologie of wetenschap over suikerketens, staat op de eerste rij in de medische wereld als oplossing voor infecties, kankers en transplantaties. Belangrijke medicatie op basis van "glycomics" is bvb Tamiflu en Relenza, beide anti-griepgeneesmiddelen. De eerste anti-aging huidverzorging gebaseerd op "glycomics" wordt volgend jaar op de markt verwacht. Deze "Youth Liberator" lijn (YSL) bevat 3 glycanen, een suikercomplex dat de informatieoverdracht in de cel verhoogt) die hebben aangetoond dat ze de huidregeneratie ondersteunen en de tekenen van veroudering vertragen. Het staat als een paal boven water dat Yves Saint Laurent het eerste merk zal zijn dat gebruik maakt van "glycomics", maar zeer zeker niet het laatste ...

Bronnen: SpecialChem, Science Direct, Functional Glycomics Gateway

6 september 2011

Lavendelolie - beschermt het of is het juist irriterend voor onze huid ?

In teksten over lavendelolie kom je steeds vaker tegen dat het een ingrediënt is dat leidt tot allergische reacties en fotoreactiviteit en dat je deze geurige stof dus best vermijdt in je cosmetica en vooral niet op je huid smeert. Is dit nu allemaal waarheid of worden consumenten door al deze negatieve informatie misleid.

Hierna vindt u de Nederlandse vertaling van het artikel waarin, Robert Tisserand, auteur en aromatherapeut, met heel wat wetenschappelijk bewijsmateriaal deze negatieve uitspraken weet te weerleggen.


Onlangs verscheen een vraag op het TheBeautyBrains forum: Lavendelolie in cosmetica - veroorzaakt het de dood van huidcellen, en is dit een probleem? Dit was een reactie op de beschrijving van "lavendelextract en -olie" op Paula Begoun's 'Cosmetic Ingredient Dictionary'. Paula is bekend voor haar overtuiging dat geurstoffen, natuurlijke en synthetische, geen plaats hebben in cosmetische producten. Hierna enkele willekeurige voorbeelden uit haar website: "Cederhoutolie: er is bewijs dat cederhoutolie een allergeen is en huidirritatie kan veroorzaken. Rozenolie: een geurig, vluchtige olie die sensibiliserend en irriterend kan zijn voor de huid. Mandarijnolie: een geurig, vluchtige citrusolie die irriterend kan zijn voor de huid".  Enzoverder ...
In haar stukje over lavendelolie, doet ze er alles aan om negatieve informatie te vinden, maar is het moeilijk voor haar om er ook maar iets positiefs over te zeggen:
Lavendel: een veel gebruikte plant die lid is van de muntfamilie. Het is vooral een geurstof, hoewel het ook antibacteriële eigenschappen kan hebben. Er is een onderzoek dat aantoont dat het enig voordeel heeft voor de huid (Bron: Phytotherapy Research, juni 2002, pagina's 301-308). In feite kan het zelfs irriterend zijn voor de huid, maar er bestaat tegenstrijdig onderzoek over de mate waarin lavendel een lichtgevoeligmakende stof zou zijn, omdat wanneer het aan zuurstof wordt blootgesteld (zoals het zou zijn wanneer het is aangebracht op de huid), één van haar geurige componenten, linalylacetaat, in en uit de zon stoffen vormt die leiden tot allergisch contacteczeem (Bronnen: The New Ideal in Skin Health: Separating Fact from Fiction, Thornfeldt, Carl M.D., Allured Books, 2010, pagina's 286-287; Contact Dermatitis, januari 2008, pagina's 9-14; Hautartz, februari 2002, pagina's 93-97; en Contact Dermatitis, augustus 1999, pagina 111).
Verder onderzoek toont ook aan dat andere bestanddelen van lavendel, in het bijzonder linalool, cytotoxisch kunnen worden wat zoveel betekent dat lavendelolie, lokaal aangebracht, de dood van huidcellen betekent (Bron: Cell Proliferation, juni 2004, pagina's 221-229). Lavendelblaadjes bevatten kamfer, bekend als irriterend voor de huid. Omdat geurbestanddelen in lavendelolie oxideren als ze worden blootgesteld aan de lucht, is lavendelolie een pro-oxidant. Deze verhoogde oxidatie doet ook de huidirritatie toenemen (Bron: Contact Dermatitis, september 2008, pagina's 143-150). Lavendelolie is de meest krachtige vorm, en zelfs kleine hoeveelheden ervan (0,25% of minder) kunnen problemen veroorzaken. Lavendelolie is dus een 'must' om te vermijden in huidverzorgingsproducten, maar het kan prima gebruikt worden binnen de aromatherapie als inhalatie tegen spanningen (Bron: Psychiatry Research, februari 2007, pagina's 89-96; en www.naturaldatabase.com).

Laten we deze punten nu eens één voor één herbekijken.

"Er is geen onderzoek dat aantoont dat het enig voordeel heeft voor de huid."

Nu, dit was bijna de waarheid in 2002, maar toch ook weer niet helemaal. Van de artikels die ik hierna ga noemen, waren er uitgezonderd drie gepubliceerd in 2002 of later. Maar vandaag heeft deze bewering geen enkele zin meer. Eén van de eerste papers over wondgenezing was Guba 1998/1999. Een oliemengsel met 4% lavendelolie werd gebruikt bij 18 patiënten met zweren of wonden op de huid. In de meeste gevallen werd de formulatie dagelijks aangebracht en het genezingsproces liep over 5 dagen tot 12 weken. Er waren geen bijwerkingen. In een anti-allergische studie, lavendelolie met 0,1%, 1,0%, 10% of 100% concentratie, toegepast op de huid van ratten of muizen blokkeerde het type directe allergische reacties. Ook werd het vrijkomen van ontstekingsmediatoren, TNF en histamine afgeremd (Kim & Cho 1999). In een klinische studie met 120 vrouwen die pas bevallen waren, verminderde de roodheid aanzienlijk tijdens de genezing na episiotomie door lavendelzitbaden (een paar druppels in het water) (Vakilian et al., 2011). Twee andere studies hebben eveneens een positief effect gerapporteerd voor het gebruik van lavendelolie bij wondheling (Hartman & Coetzee 2002, Kerr 2002). In geen enkele van bovengenoemde studies werden bijwerkingen gemeld. Hartman & Coetzee gebruikten ook lavendelolie van 4% en blauwe kamille-olie van 2%. 

Van Hartman & Coetzee (2002)


Lavendel is één van de meest actieve essentiële oliën tegen MRSA (Edward-Jones et al., 2004), en de voordelen van het voorkomen van een MRSA besmetting op de huid mag niet onderschat worden. Lavendelolie is matig actief tegen Propionibacterium acnes (Zu et al., 2010), één van de belangrijkste bacteriën die verantwoordelijk is voor acne. Het is ook matig actief tegen twee van de belangrijkste schimmels die kunnen leiden tot huidproblemen zoals atleetvoet en ringworm (Trycophyton Rubrum en T. Mentagrophytes) (Casella et al., 2002), en is zeer actief tegen een derde schimmel, Candida Albicans (D'Auria et al., 2005). Door het gebruik van maximaal 0,5% lavendelolie in waterige bodylotions kon het vaste synthetische bewaarmiddel 8,5 keer verminderd worden zonder gereduceerde efficiënte werkzaamhied (Kunicka-Styczynska et al., 2009). Lavendelolie is zeer doeltreffend tegen bepaalde problematische bacteriën en schimmels op de huid, maar ook niet allemaal (Kunicka-Styczynska et al.,2011; Sokovic et al., 2010). Het zou dus niet gepast zijn het te gebruiken als 'stand-alone' bewaarmiddel.

Er zijn anekdotische aanwijzingen dat lavendelolie een verdienstelijk middel is tegen brandwonden (Gattefossé, 1993, pagina 87). Dit wordt ondersteund door de hierboven aangehaalde antimicrobiële gegevens (bvb infecties voorkomen), en door het feit dat lavendelolie een bewezen pijnstillende werking (Ghelardini et al., 1999; Sakurada et al., 2009) heeft. Dit is vooral toe te schrijven aan linalool, wat ook verklaart waarom lavendelolie bijensteken verzacht, iets wat ik persoonlijk kan getuigen. Hetzelfde geldt bij brandwonden.

Ultraviolet (UV) straling kan door de aanmaak van vrije radicalen de huid beschadigen. Het lichaam heeft slechts een beperkt aantal beschermende antioxidantenenzymen. Deze enzymen nemen af met de leeftijd waardoor de huid kwetsbaarder wordt voor oxidatieve stress. Een japanse studie toont aan dat lavendelolie de aanmaak afremt van ongebonden zuurstof, wat juist de meeste schade veroorzaakt ten gevolge van UVA/UVB-straling (Sakurai et al., 2005). Dit doet vermoeden dat regelmatig gebruik van lavendelolie in bereidingen voor de huid het verouderingseffect van de zon op onze huid zou kunnen tegenhouden. Verschillende essays (Yang et al., 2010) hebben aangetoond dat lavendelolie een uitstekende antioxidans werking heeft, wat suggereert dat het degeneratieve veranderingen zoals huidkanker, zonbeschadiging en de hiermee gepaardgaande veroudering, zou kunnen afremmen. Linalool, een belangrijk bestanddeel van lavendelolie, heeft een uitstekende in vitro activiteit aangetoond tegen het menselijk basaalcelcarcinoom (Cherng et al., 2007). Een lokaal aangebrachte verdunning van 10% op de huid, verminderde huidtumorincidenten bij muizen met 33% (Gould et al., 1987).

Vandaag kunnen we dus zeggen dat de voornaamste voordelen van het gebruik van lavendelolie op de huid de volgende zijn: het verdoven van pijn en helen van wonden (snijwonden, puistjes, schaafwonden, zweren). Andere mogelijke voordelen zijn: het voorkomen van bacteriële kolonisatie, het behandelen van schimmelinfecties, bestrijding van pigmentvlekken, voorkomen van huidkanker en het tegengaan van de schadelijke effecten van UV-straling (photo-aging).

"Er bestaat tegenstrijdig onderzoek over de mate waarin lavendel een lichtgevoeligmakende stof kan zijn."

Er is geen conflict. Misschien kent Paula Begoun het verschil niet tussen fototoxciteit en fotocontactallergie. Zij heeft blijkbaar ook allergische reactie verward met fototoxiciteit. Ik weet het, het dermatologiejargon kan soms erg verwarrend zijn! Lavendelolie is niet fotosensibiliserend op de huid (Opdyke, 1976, pagina 451) en linalylacetaat is noch foto-irriterend, noch fotocontactallergeen (Bickers et al., 2003). Dit betekent dat er geen risico is op een ongewenste reactie in sterk zonlicht, zoals dit wel is met bergamot en sommige citrusoliën.

Er is ooit één rapport over lichtcontactallergie op lavendelolie gemeld. Een fotocontactallergie op etherische oliën is zo zeldzaam dat het als risico kan buiten beschouwing gelaten worden. Dit is niet alleen geen probleem, het is zelfs ironisch gezien de beschermende werking van lavendel in verband met beschadiging door UV-stralen.

Photo-ageing

"Bij blootstelling aan zuurstof (zoals het zou zijn wanneer het aangebracht is op de huid), één van haar geurige componenten, nl. linalylacetaat, in en uit de zon stoffen vormt die leiden tot allergisch contacteczeem."

Lavendelolie bevat 2 hoofdbestanddelen in ongeveer gelijke hoeveelheden: linalool en linalylacetaat. Oxidatie is eerder een probleem bij linalool dan bij linalylacetaat. En ja, het is waar dat over een periode van maanden, of zelfs jaren, de bestanddelen van lavendelolie kunnen oxideren tot hydroperoxiden. Deze oxidatieproducten zijn vaak iets meer allergeen dan de originele stoffen (die zo goed als niet allergeen zijn). Maar oxidatie is een zeer langzaam proces, het gebeurt dus niet in een paar minuten tijd terwijl het op je huid is ! Om de mogelijke oxidatie te vermijden, raad ik dan ook aan dat producten met lavendelolie nog een extra antioxidant toevoegen. Dit is trouwens in lijn met de International Fragrance Association aanbeveling dat er bij essentiële oliën met een hoog linaloolgehalte een antioxidant zoals 0,1% alfa-tocopherol moet toevoegd worden (IFRA, 2009). Zelfs zonder een antioxidant zou de houdbaarheid van lavendelhoudende producten minimaal twaalf maanden moeten bedragen, tenminste zolang de essentiële oliën redelijk fris waren toen ze voor het eerst werden gebruikt.


"Omdat de geurbestanddelen in lavendelolie oxideren als ze worden blootgesteld aan de lucht, is lavendelolie een pro-oxidant. Deze verhoogde oxidatie doet ook de huidirritatie toenemen."

Dit is slechts gedeeltelijk waar. Het is belangrijk om zicht te realiseren dat in deze testen de essentiële olie meestal elke dag aan de lucht worden blootgesteld voor een periode van weken of zelfs maanden. Dit scenario klopt niet met het werkelijke gebruik van lavendelolie, hoewel het wel aantoont dat er uiteindelijk oxidatie zal optreden. Maar Paula Begoun is verkeerd om lavendelolie onder de noemer van pro-oxidant te plaatsen. Dit is het niet, het is een antioxidant dat zichzelf tenslotte kan oxideren. Dat maakt het nog geen pro-oxidant ! Pro-oxidanten veroorzaken oxidatie. Verder gebruikt Paula hier "irritatie" terwijl ze eigenlijk allergene werking bedoelt. Dit zijn 2 veschillende zaken. De hydroperoxiden die kunnen gevormd worden in lavendelolie zijn potentieel allergeen, niet irriterend.


"Lavendelblaadjes bevatten kamfer, bekend als irriterend voor de huid."

Deze stelling getuigt van wanhoop ! Lavendelolie bevat minder dan 1% kamfer en dit is, hoe dan ook, een mild irriterende stof. Als je een product hebt met 1% lavendelolie, dan heb je slechts 0,01% kamfer erin. Zelfs al was kamfer een sterk irriterende stof, zou dit nauwelijks een probleem geven.

Bijensteek

"Lavendelolie is dus een 'must' om te vermijden in huidverzorgingsproducten."

Huidallergieën op lavendelolie komen af en toe voor, en ik heb weet van 5 gevallen (hier niet genoemd) in de dermatologieliteratuur en gerapporteerd tussen 1986 en 2000. Gezien het feit dat het de meest gebruikte etherische olie is in de aromatherapie (wereldwijd een productie van +/- 200 ton per jaar), is een lavendelolie-allergie uiterst zeldzaam. En hoewel het een huidallergeen is met een zeer laag risico (mogelijks enkel wanneer het geoxideerd is), is het niet irriterend. Roos, cederhout en mandarijn zijn dit evenmin. Onverdunde lavendelolie kan wonderen doen op insectenbeten en pigmentvlekken, maar het mag niet op grote delen van de huid worden toegepast omdat het een uitdrogend effect heeft als gevolg van een snelle verdamping. Dit is de zelfde reden waarom alcohol de huid uitdroogt.

Als u geen lavendelolie wil gebruiken - of etherische oliën in het algemeen - dan is dat prima. Maar alstublieft, ga de wetenschap niet misbruiken om je eigen wereldvisie te rechtvaardigen. Paula heeft het recht om de aandacht te vestigen op de mogelijkheid van lavendelolie-oxidatie, maar dit is geen groot probleem en gemakkelijk te vermijden. Om het super-veilig te houden, gebruik je lavendelolie onverdund en binnen de 12 maanden na aankoop. Bewaar het verder koel, uit sterk zonlicht en voeg aan elk lavendelhoudend product een antioxidant toe (niet nodig in zepen).

Als u zoekt naar negatieve effecten, zal u die zeker vinden. Het is zelfs heel gemakkelijk verstrikt te geraken in al die negativiteit. Ik merk op dat de voordelen van lavendelolie voor de huid aanzienlijk belangrijker zijn dan de risico's ervan.

Originele tekst (Engels) door Robert Tisserand
Nederlandse vertaling door Bo Van der dood

Referenties

Bickers D, Calow P, Greim H et al 2003b A toxicologic and dermatologic assessment of linalool and related esters when used as fragrance ingredients. Food & Chemical Toxicology 41:919-942


Cassella S, Cassella JP, Smith I 2002 Synergistic antifungal activity of tea tree (Melaleuca alternifolia) and lavender (Lavandula angustifolia) essential oils against dermatophyte infection. The International Journal of Aromatherapy 12(1):2-15

Cherng J-M, Shieh D-E, Chiang W 2007 Chemopreventive effects of minor dietary constituents in common foods on human cancer cells. Bioscience, Biotechnology & Biochemistry 71:1500-1504

D’Auria FD, Tecca M, Strippoli V et al 2005 Antifungal activity of Lavandula angustifolia essential oil against Candida albicans yeast and mycelial form. Medical Mycology 43:391-396

Edwards-Jones V, Buck R, Shawcross SG et al 2004 The effect of essential oils on methicillin-resistant Staphylococcus aureus using a dressing model. Burns 30:772-777

Gattefossé RM 1993 Gattefossé’s aromatherapy. CW Daniel, Saffron Walden

Ghelardini C, Galeotti N, Salvatore G et al 1999 Local anaesthetic activity of the essential oil of Lavandula angustifolia. Planta Medica 65:700-703

Goiriz R, Delgado-Jimenez Y, Sanchez-Perez J et al 2007 Photoallergic contact dermatitis from lavender oil in topical ketoprofen. Contact Dermatitis 57:381-382

Gould MN, Malzman TH, Tanner MA et al 1987 Anticarcinogenic effects of terpenoids in orange peel oil. Proceedings of the 78th Annual Meeting of the American Association for Cancer Research 28:153

Guba R 1998/1999 Wound healing: a pilot study using an essential oil-based cream to heal dermal wounds and ulcers. The International Journal of Aromatherapy 9(2):67-74

Hartman D, Coetzee JC 2002 Two US practitioners’ experience of using essential oils for wound care. Journal of Wound Care 11(8):317-320

IFRA 2009 Standards, including amendments as of October 14th 2009. International Fragrance Association, Brussels. http://www.ifraorg.org

Kerr J 2002 The use of essential oils in wound healing. The International Journal of Aromatherapy 12(4):202-206

Kim HM, Cho SH 1999 Lavender oil inhibits immediate-type allergic reaction in mice and rats. Journal of Pharmacy & Pharmacology 51:221-226

Kunicka-Styczyńska A, Sikora M, Kalemba D 2009 Antimicrobial activity of lavender, tea tree and lemon oils in cosmetic preservative systems. Journal of Applied Microbiology 107:1903-1911

Kunicka-Styczyńska A, Sikora M, Kalemba D 2011 Lavender, tea tree and lemon oils as antimicrobials in washing liquids and soft body balms. International Journal of Cosmetic Science 33:53-61

Meneghini CL, Rantuccio F, Lomuto M 1971 Additives, vehicles and active drugs of topical medicaments as causes of delayed-type allergic dermatitis. Dermatologica 143:137-147

Opdyke DL J 1976 Monographs on fragrance raw materials. Food & Cosmetics Toxicology 14 supplement

Prashar A, Locke IC, Evans CS 2004 Cytotoxicity of lavender oil and its major components to human skin cells. Cell Proliferation 37:221-229

Sakurada T, Kuwahata H, Katsuyama S et al 2009 Intraplantar injection of bergamot essential oil into the mouse hindpaw: effects on capsaicin-induced nociceptive behaviors. International Review of Neirobiology 85:237-248

Sakurai H, Yasui H, Yamada Y et al 2005 Detection of reactive oxygen species in the skin of live mice and rats exposed to UVA light: a research review on chemiluminescence and trials for UVA protection. Photochemical & Photobiological Sciences 4:715-720

Soković M, Glamočlija J, Marin PD et al 2010 Antibacterial effects of the essential oils of commonly consumed medicinal herbs using an in vitro model. Molecules 15:7532-7546

Vakilian K, Atarha M, Bekhradi R et al 2011 Healing advantages of lavender essential oil during episiotomy recovery: a clinical trial. Complementary Therapies in Clinical Practice 17:50-53

Yang SA, Jeon SK, Lee EJ et al 2010 Comparative study of the chemical composition and antioxidant activity of six essential oils and their components. Natural Product research 24:140-151

Zu Y, Yu H, Liang L et al 2010 Activities of ten essential oils towards Propionibacterium acnes and PC-3, A-549 and MCF-7 cancer cells. Molecules 15:3200-3210

 
n.v.d.r.:
TNF: Tumornecrosefactoren
Episiotomie: preventief inknippen van het perineum (bilnaad tussen vulva en anus)
MRSA: Meticilline-Resistente Staphylococcus Aurus (informeel ziekenhuisbacterie)
Cytotoxisch: met giftige werking op cellen, wat leidt tot celdood
 
Meer over Robert Tisserand: auteur en aromatherapeut, zoekt alle relevante informatie over essentiële oliën op en werkt samen met artsen, farmacologen en kruidendeskundigen om wetenschappelijke gegevens toe te voegen.






























31 augustus 2011

Hoe lees je een cosmetica ingrediëntenlijst

De ingrediëntelijst op verzorgingsproducten lezen, is nooit een verloren tijdverdijf. Spijtig genoeg is het niet zo gemakkelijk deze lijst te lezen, laat staan om te begrijpen. Nochtans kan juist deze informatie een goed begin zijn om te bepalen of een product al dan niet goed is.

De ingrediëntenvermelding is bedoeld om gebruikers ervan te informeren over de samenstelling van een product. Dit kan belangrijk zijn bij allergische reacties of overgevoeligheid voor een bepaalde stof of gewoon omwille van persoonlijke overtuigingen waarom men bepaalde stoffen niet wenst te gebruiken. Ook voor iedereen die professioneel met de huid bezig is, zoals bvb schoonheidsspecialisten, dermatologen, huidtherapeuten, artsen, ... is de INCI-lijst een bron van nuttige informatie.


INCI

De Europese Unie verplicht de vermelding van de INCI-lijst op cosmetica en verzorgingsproducten. Alle ingrediënten die gebruikt zijn bij de productie "moeten" dus op de verpakking staan. De cosmetica-industrie heeft hiervoor haar eigen systeem voor de naamgeving vastgelegd in het "International Nomenclature of Cosmetic Ingredients" (INCI) lexicon. De INCI-namen verschillen echter van het internationale chemische/IUPAC-systeem om scheikundige stoffen te benoemen. Vandaar dat we bvb Glycerin op een verzorgingsproduct zien staan i.p.v. het juistere Glycerol.

Alle ingrediënten boven de 1% moeten in afnemende volgorde van gewicht (concentratie) worden vermeld. Vanaf 1% en lager, mogen de ingrediënten in willekeurige volgorde voorkomen. Kortom: de stof waarvan het meeste in het product zit, moet als eerste worden vermeld. Hoe hoger de concentratie, hoe meer vooraan in de opsomming.

Als eerste stof in een INCI-lijst vind je vaak Aqua (in Europa) of Water (in USA). Dit betekent dus dat het product voornamelijk uit water bestaat. Leuk om weten is dat een moisturizer of een bodylotion +/-75 à 80% uit water bestaat. Dit betekent dus ook dat er geen bewaarmiddelen mogen ontbreken, anders is het product enorm vatbaar voor besmetting met bacteriën en schimmels.

Natuurlijke grondstoffen zijn meestal vrij duur. Aan de hand van hun plaats kom je 'soms' al gauw iets te weten over de concentratie van deze stof en de prijs van het product. Let wel: het wil niet zeggen omdat een product slechts 1% van een bepaalde stof zou bevatten, deze stof geen werking zou hebben. Zo komt bvb Tocopheryl Acetate (Vitamine E acetaat) meestal slechts +/-1% voor in een product omdat het anders te irriterend zou kunnen zijn voor de huid.

Planten

Planten of een deel ervan worden met hun Latijnse naam genoemd samen met de term Extract of Oil. Een grondstof afkomstig van zonnebloem vind je dus als volgt terug: Helianthus Anuus (Sunflower); of van frombozenzaadjes: Rubus Idaeus (Raspberry) Seed Oil.

Geurstoffen

De verschillende gebruikte geurstoffen hoeven niet allemaal afzonderlijk te worden vermeld. "Parfum" in Europa of "Fragrance" in USA volstaat. Enkel de geurstoffen die vaak allergische reacties veroorzaken moeten genoemd worden zoals bvb o.a. Hexyl Cinnamal (jasmijn bloemengeur).

Colour Index

Vindt u tussen de INCI-namen een CI-nummer, bvb C.I. 42090, dan is dit een kleurstof. Kleurstoffen, met uitzondering van haarkleurstoffen, worden met een 'Colour Index'-nummer aangeduid. Kleurstoffen staan naar het einde toe van een opsomming.

Afkortingen

Soms worden er ook afkortingen gebruikt zoals bvb TEA (Triethanolamine), PEG (Polyethylene glycol), BHT (Butylated hydrotoluene), ...

Lees alle INCI-namen, afkortingen en functies van de ingrediënten op de site van de Europese Commissie.


Zo kunnen we nog wel even doorgaan want er zijn nog heel wat meer regels maar je merkt het al: de oplijsting van de verschillende ingrediënten in de INCI-lijst vertelt heel veel over de samenstelling van een verzorgingsproduct.